Ken je dat gevoel? Je wilt graag opruimen, maar het komt er maar niet van. Niet omdat je geen zin hebt (misschien soms), maar vooral omdat je het in je hoofd al zo groot hebt gemaakt. Het moet grondig. Het moet netjes. Het moet helemaal perfect zijn. En juist daardoor begin je maar helemaal niet. Dat klinkt misschien tegenstrijdig, maar perfectionisme is een enorme blokkade bij opruimen. Het zorgt ervoor dat je blijft wachten op het perfecte moment. Want je moet eerst dat ideale systeem bedenken. Of je denkt dat het pas ‘de moeite waard’ is als je de hele kamer of het hele huis in één keer kunt aanpakken. In deze blog geef ik je tips over het omgaan met perfectionisme en vooral: hoe je toch kunt starten!

Wat is perfectionisme bij opruimen eigenlijk?
Perfectionisme is dat stemmetje in je hoofd dat zegt dat iets alleen telt als het helemaal goed is. Iets moet perfect zijn, het is alles of niets, want anders ben je niet tevreden. En helaas wordt het dan vaak… niets.
Dat stemmetje zegt bijvoorbeeld: ‘Als ik nu begin, moet ik het ook afmaken.’ Of: ‘Ik moet eerst een goed plan maken, dan pas kan ik opruimen.’ Hierdoor leg je de lat zo hoog dat je er niet eens meer overheen kunt kijken. Hierdoor groeit de rommel en voel je je alleen maar gefrustreerd. Perfectionisme lijkt soms iets positiefs, omdat het je oog voor detail geeft, maar met opruimen kan het tegen je werken. En dat is zonde want zo kom je niet in beweging, terwijl je dat wel graag zou willen.
Waarom perfectionisme bij opruimen je vastzet
Wist je dat perfectionisme vaak voorkomt bij mensen met ADHD of autisme? Dat komt doordat overzicht houden lastig kan zijn en juist daarom kan het verlangen naar controle (en dus perfectie) extra sterk zijn. Omdat alles perfect moet zijn, wordt opruimen ineens een enorme klus. Je denkt aan labels, mandjes, kleurcodes. Aan uren tijd die je eigenlijk niet hebt. En aan dat kastje waar je steeds omheen loopt, omdat je denkt dat je eerst een perfect systeem moet hebben voor je eraan mag beginnen. Je twijfelt over elke stap.
Ook sociale media helpen daar niet bij. De perfect georganiseerde laden of koelkasten van anderen kunnen je het gevoel geven dat je faalt. Dat jouw la of kast niet goed genoeg is. Maar in werkelijkheid is dat niet realistisch. Bijna niemand heeft overal labels en kleurcodes, waar alles precies binnen de lijntjes ligt. En dat geeft helemaal niet! Het belangrijkste is dat je een systeem vindt dat voor jóu werkt.

Zo kun je toch beginnen
Je hoeft het niet perfect te doen. Sterker nog: liever niet. Het belangrijkste is dat je gewoon ergens begint. Hier zijn een paar tips die je kunnen helpen:
1. Begin klein
Leg de lat niet te hoog en pak één lade, één plank of één stapel aan. Zet een timer op 20 minuten en kijk wat je in die tijd kunt doen. Alles wat je opruimt is mooi meegenomen. Je kunt hierna altijd even pauze houden en nog een plank aanpakken.
2. Gebruik wat je al hebt
Geen mooi opbergsysteem in huis? Dat hoeft ook niet. Lege schoenendozen, oude mandjes of een tasje volstaat prima. Het belangrijkste is dat je spullen op een fijne manier zijn opgeborgen, zodat je er geen last van hebt.
3. Beloon jezelf
Zorg dat je het opruimen zo leuk mogelijk maakt. Zet een leuk muziekje op of luister naar je favoriete podcast. Beloon jezelf ook achteraf, ook als je iets kleins hebt aangepakt.
4. Doe het op jouw manier
Laat los hoe het ‘hoort’ of hoe een ander het zou doen. Dat werkt misschien niet voor jou. Kijk waar je vastloopt en wat je nodig hebt om het jezelf makkelijker te maken. Heb je visuele structuur nodig? Of juist zo min mogelijk prikkels? Heb je hulp nodig om te starten, of om overzicht te houden? Er is geen one-size-fits-all. Probeer een manier te vinden die voor jou werkt.
5. Wees lief voor jezelf
En nog een hele belangrijke: wees lief voor jezelf. Perfectionisten zijn over het algemeen heel streng voor zichzelf. Het is belangrijk om trots op jezelf te zijn, ook al doe je steeds een klein beetje.
Wat als het nog steeds niet lukt?
